3Dmodellen

VOC-bord

Porselein is een zeer hard gebakken, maar fijn en dun aardewerk, vervaardigd uit kaolien (ook wel porseleinaarde genoemd). Al in de 16e eeuw vervoerden Portugezen porselein uit Azië naar Europa. De VOC volgde in de 17e eeuw in dat voorbeeld. Het ging hier om porselein uit China, dat in de 17e eeuw van Chinese jonken in Batavia werd betrokken, en om Japans porselein, dat rechtstreeks werd aangevoerd. Het bord in dit 3D-model is in onderglazuur-blauw versierd met midden op het plat de VOC-initialen in een cirkel, met daar omheen twee feniksen, perziktakken met vruchten en camelia’s.

As (Romeinse Munt)

Deze Romeinse munt is (ter ere van zijn stiefvader Keizer Augustus) geslagen onder het bewind van Keizer Tiberius. Tiberius liet tijdens zijn heerschappij veel munten slaan ter nagedachtenis van zijn stiefvader om zijn macht te ondersteunen.
De munt komt uit 31-37 na chr. Hij is brons, heeft een diameter van 26 mm en is 2 mm dik. Op de voorzijde zien we het hoofd van augustus met de tekst: ‘DIVVS AVGVSTVS PATER’. Dit wordt vertaald naar ‘Goddelijke Vader Augustus’. Op de achterzijde zien we de gevel van het altaar dat Tiberius liet oprichten op het Campus Martius in Rome ter nagedachtenis van Augustus. Met daarop de tekst ‘PROVIDENT’ oftwel ‘de voorzienigheid’ en ‘SC’ wat staat voor ‘Senatus consultum’ vertaald naar ‘met toestemming van de senaat’.

Galea (Romeinse Helm)

In de 1ste eeuw n. Chr. waren er tal van helmtypes in gebruik in het Romeinse leger. In deze periode werden er helmen gemaakt uit messing of uit ijzer. De ijzeren helmen werden vaak versierd met messingonderdelen. Op vele helmen kon versiering geplaatst worden. Bijvoorbeeld een kam (crista) van paardenhaar of veren die in speciaal daarvoor voorziene houdertjes werden geplaatst. Bij gewone soldaten werd de kam in de lengterichting op de helm geplaatst. De voornaamste functie van deze helmkam was om groter te lijken en de vijand te intimideren.

Hoogtekaart in 3D

Voorbeeldweergave van een hoogtekaart in 3D

Scutum (Romeins schild)

Een scutum was een rechthoekige, licht gebogen schild en was vervaardigd uit op elkaar gelijmde houten platen. Het was ca. 1,25 m hoog en 0,8 m breed. Vaak was het met leer overtrokken en aan de rand beslagen met metaal. Centraal bevond zich een metalen schildknop om gemakkelijker de werpspiezen van de vijand af te weren.De kleuren die hiervoor werden gebruikt waren: rood, groen, blauw en geel. Op het schild waren bijna altijd gele adelaarsvleugels en meestal ook de naam, symbolen (tekeningen als bijvoorbeeld de stier of een ander dier waarmee het legioen gelinkt was) en het nummer van het legioen waartoe de legionair behoorde geschilderd. Meestal werd ook de afkorting SPQR (Senatus Populusque Romanus) aangebracht.

Gladius (Romeins zwaard)

De gladius is het korte zwaard dat de Romeinse legionairs gebruikten. Hoofdzakelijk was dat de gladius hispansiensis (Spaans zwaard) dat zeer scherp en redelijk lang was zodat er zowel mee gestoken als gekapt kon worden. De kling van het zwaard was ongeveer 64 tot 69 cm lang, had een 4,5 centimeter breed lemmet, en woog tussen de 1,2 kg tot 1,6 kg. Later werd dit type korter en was het alleen nog maar bedoeld om mee te steken. Tijdens het Romeinse Keizerrijk kreeg de gladius evenwijdige zijden.

Spieker (Graanschuur)

De naam Spieker komt van het latijnse spicarium, dat staat voor korenaar. In oud Fries betekent het graanschuur. Het is een schuurtje op palen waar graan of andere gewassen in werden opgeslagen. Door het schuurtje van de grond af te bouwen hadden vocht en ongedierte geen of weinig invloed op de voorraad. Waarschijnlijk werden de eerste spiekers gebouwd in de midden bronstijd. Ze werden gebouwd van natuurlijke materialen, zoals hout, leem en riet. Later werden spiekers van steen gebouwd om de oogst en andere waardevolle spullen veilig te kunnen bewaren.

Vuistbijl (Vuursteen)

Om van een brok vuursteen een geslepen bijl te maken, werden net zo lang stukken van het brok weggeslagen (en soms weggedrukt) tot de gewenste vorm overbleef. Als hamer kon hiervoor steen, been, gewei of hout gebruikt worden. Veel tijd hoefde deze klus niet in beslag te nemen; binnen een kwartier kon het vuursteenbrok in een halffabrikaat bijl omgevormd worden. Als de vuursteen bijl klaar was, moest deze nog in een steel gezet worden. Dit kon op meerdere manieren gebeuren. Een van de manieren is het inzetten van de geslepen bijl in een houten steel met een verdikt uiteinde. In dit verdikte uiteinde werd een gat gemaakt waar de bijl in paste. Doordat de bijl naar de top toe smaller werd, klemde deze zich vanzelf in het gat vast. 

Troffel

Eén van de belangrijkste en vooral bekendste werktuigen van de archeoloog is natuurlijk de troffel. Er bestaat dan ook een echte archeologen-troffel. Het is een klein dingetje, maar erg sterk. Wordt al jaren geproduceerd door een bedrijf in Engeland, dat zijn roots heeft in het jaar 1793. De Engelse archeologentroffel is nog nooit geëvenaard, hoewel er al diverse pogingen zijn ondernomen.

Lorica (Romeins borstharnas)

De Lorica segmentata is een Romeins type borstharnas dat in de tweede helft van de eerste eeuw na Christus in zwang kwam. Het bestond uit stroken staal die met bronzen gespen aan elkaar waren bevestigd. Het kwam tot de heupen en beschermde alleen de borst. Door de opbouw bood de lorica segmentata een relatief grote bewegingsvrijheid. Van alle modellen harnassen die de Romeinen ooit gebruikten, is de Lorica segmentata wel veruit het bekendst. Dit heeft ertoe geleid dat in films, strips en andere media over het Romeinse Rijk Romeinse soldaten vrijwel altijd met dit model harnas aan worden afgebeeld; ook in verhalen die zich afspelen in tijdsperiodes dat dit harnas nog niet, of niet langer, in gebruik was.

Vuursteen Bijl

Om van een brok vuursteen een geslepen bijl te maken, werden net zo lang stukken van het brok weggeslagen (en soms weggedrukt) tot de gewenste vorm overbleef. Als hamer kon hiervoor steen, been, gewei of hout gebruikt worden. Veel tijd hoefde deze klus niet in beslag te nemen; binnen een kwartier kon het vuursteenbrok in een halffabrikaat bijl omgevormd worden. Als de vuursteen bijl klaar was, moest deze nog in een steel gezet worden. Dit kon op meerdere manieren gebeuren. Een van de manieren is het inzetten van de geslepen bijl in een houten steel met een verdikt uiteinde. In dit verdikte uiteinde werd een gat gemaakt waar de bijl in paste. Doordat de bijl naar de top toe smaller werd, klemde deze zich vanzelf in het gat vast.